Woningcorporaties in Nederland slopen momenteel hun naoorlogse wijken te makkelijk, vindt Marnix Norder, medeoprichter Steenvlinder en voormalig wethouder Volkshuisvesting in Den Haag. “Er gaat een kans verloren doorstroming te creëren voor huurders naar koopwoningen. Een alternatief is voorhanden maar onbekend” vertelt hij in een opiniestuk vandaag in de Volkskrant.
In Nederland worden er jaarlijks circa tienduizend woningen gesloopt. De sociale huurwoningen maken plaats voor nieuwbouwwoningen in het middensegment, terwijl de vraag naar sociale woningen blijft toenemen. Er bestaat een minder bekende oplossing, naast platgooien of het dure renoveren: transformeren en bijbouwen.
Steenvlinder doet dit al op veel plaatsen in Nederland. We transformeren scholen, kerken en kantoorpanden tot kluswoningen, zelfbouwkavels én sociale huurwoningen. In ieder plan willen we dat tenminste de helft van het aantal woningen voor lage inkomens bereikbaar is en daar passen we de verkaveling op aan. Dit kan evengoed toegepast worden in naoorlogse wijken.
Transformeren en bijbouwen kan de vastgelopen doorstroming van huurders naar een koopwoning vlottrekken. Maar minstens zo belangrijk is wellicht nog een ander aspect van transformeren vergeleken bij slopen: de ziel van een woongemeenschap en de sociale cohesie ervan verdwijnt de buurt niet uit zodra de sloopmachines de buurt in rijden.
