‘Groos op je huis’? Dat zou je wel zeggen als je het stadspaleisje van Jan en Tiny Korevaar in de Ossenissebuurt in de Rotterdamse wijk Pendrecht ziet. We speken elkaar op de hoekbank in de royale achtertuin, waar Jan net een glimmend buitenfornuis in elkaar staat te schroeven. “Hij is veel groter dan ik dacht, joh”, lacht hij. “Moet je kijken, allebei de zijkanten kunnen uitklappen. We moeten even opnieuw bekijken waar we ‘m neerzetten.”
Er zit een hele hoop liefde en aandacht in het huis van de Korevaartjes, dat zie je meteen. De woonkamer staat vol met snuisterijen, de tuin oogt als een mini-vakantiepark met gezellige zitjes, bloesemboompjes en een heuse jacuzzi. Tiny serveert koffie met koek, Jan pakt er een gele ordner bij om precies te kunnen vertellen wat hij al aan zijn woning heeft verbeterd en in welke volgorde.
“Ik ben begonnen met de kelder”, zegt hij. “Daar hebben we toen schelpen in laten storten. Tegen het vocht, en voor de isolatie. Meteen toen we hier kwamen wonen, zo’n 30 jaar geleden, hadden we al vloerverwarming laten leggen.” Een paar maanden geleden kwam er nog Tonzon vloerisolatie bij. “Dan komt er eerst een waterdicht zeil over de schelpen, en een soort foliegordijnen tegen de onderkant van de vloer. Die blijft nu echt langer warm.”
Behaaglijk
Dat is sowieso het mooie van het isoleren van je huis, vindt Jan: “Alles wat je doet, merk je meteen. Vroeger liep je hier de trap op en voelde je zó de kou op je arm.” Hij wrijft over een ontblote bovenarm; je ziet hem in gedachten de trap oplopen. “Sinds de spouwmuurisolatie blijft het overal behaaglijk.” Jan somt op wat hij nog meer heeft laten doen aan zijn woning. Of wat hij zelf heeft gedaan, want Jan is een klusser, zegt hij.
Nieuwe ramen, dakisolatie, zonnepanelen, een inductiekookplaat. “Gas gebruiken we eigenlijk alleen nog om te douchen”, constateert Tiny. “Ja, jij dan”, vult haar man aan. “Ik douche meestal hier, onder de buitendouche”, wijst hij naar een douche boven het grind. “Koud. Vind ik heerlijk.” Tiny griezelt al bij de gedachte. “Mij niet gezien”, mompelt ze.